woensdag 26 september 2012

Mad captain


Ik moest nog. Als één van de laatsten in Nederland. En als je dan toch moet, kun je er maar beter wat van maken. Dienstplichtig officier bij de Koninklijke marine werd ik, 15 maanden actieve dienst. Twee maanden aan boord van Hare Majesteit de Banckert, een fregat, vormde het hoogtepunt. Doordeweeks oefenen op de Oost- en Noordzee, in de weekenden het nodige vertier aan de wal.

Mores
Geregeld schieten flarden van herinneringen uit die periode door mijn hoofd. Over de mores van de marine (hoofddeksel opgehouden in de longroom? volgieten en leegdrinken), over kameraadschap (whatever happens in Gotebörg, stays in Gotebörg) en over het leven aan boord (hondenwacht, oef). Bijna twintig jaar na dato moest ik laatst ineens denken aan een oefening, ergens tussen Gdansk en Gotebörg.

Als leiderschap faalt
Een commandant die doordraait, hoe reageer je daarop als 200 koppige bemanning? Leuke oefening, zeker als je zoals ik deze ‘mad captain’ mocht spelen. En ik speelde hem met verve. Terwijl de rest van de bemanning deelnam in een simulatie van een aanval door een vijandelijk konvooi, moest ik mij onzichtbaar maken op het schip en via de verschillende omroeppunten op het schip tegenstrijdige berichten de whalegang inslingeren. ‘ Een aanval, welnee! We zijn op weg naar de haven mannen, nog even en we genieten van veel drank en lekkere wijven!’ Lang hield ik het niet vol, helaas. Begon er net lekker in te komen toen twee matrozen me inrekenden als de ‘mad captain’.

Wie grijpt in?
Ik denk regelmatig terug aan die oefening. Bedoeld om in te grijpen aan boord van een oorlogsbodem als het leiderschap faalt. Een zelfcorrigerende methode, als de formele leider doorslaat. Er een potje van maakt. Het niet meer kan bestieren. Wanneer grijp je dan in, in plaats van ja te knikken en uit te voeren? En wie moet dat dan doen?

Oefenen
Een marineschip is een andere omgeving dan een kantoor. En de hiërarchie van de krijgsmacht is onvergelijkbaar met andere publieke organisaties. Maar toch. Menig medewerker kan verhalen over een leidinggevende die het spoor bijster raakt. Die besluiten neemt die totaal niet meer in lijn zijn met wat er voor de organisatie nodig is. Die een zelfbeeld heeft ontwikkeld dat volledig tegengesteld is aan het beeld van zijn of haar medewerkers.
Nee, ik weet het zeker. Het zou helemaal niet gek zijn als managers en medewerkers vaker oefenden om zich voor te bereiden op een situatie met een ‘mad captain’.

maandag 24 september 2012

Lef


Het wemelt de afgelopen periode van de ideeën voor een betere overheid. Er kan met relatief weinig inspanning 9 miljard worden bespaard, aldus een denktank die opereert onder de naam ‘20x20’. Stop met allerlei absurde veiligheidsmaatregelen, aldus hoogleraar Ira Helsloot vorige week in de Volkskrant. Het levert miljarden op terwijl Nederland net zo veilig blijft.
Handreikingen naar de politiek te over. Een lange reeks onderzoeken en aanbevelingen trekt voorbij. De overheid verspilt nog altijd veel geld, dat kan allemaal veel efficiënter en effectiever. 

Ideeën
Aan ideeën geen gebrek. En dat is bemoedigend. Vrijwel iedere Nederlander heeft een 'paarse krokodil' voorbeeld, of het nu om bedrijven, gemeenten, zorginstellingen, scholen, provincies of ministeries gaat. Ieder heeft er een mening over, velen hebben de oplossing. Nee, aan ideeën geen gebrek dus. Nederland kan zoveel beter, Wouter Bos zei het jaren geleden al. En toch hebben we het idee dat dat nog voor geen meter opschiet. Logisch. Waar het nog aan ontbreekt is een klimaat om ideeën om te zetten in resultaat.

Structuur helpt, niet meer dan dat
Neem één van de voorbeelden van de ‘20x20' groep. Minder, veel minder instanties voor de jeugdhulp. Een structuuroplossing die op het oog heel logisch lijkt. Minder schakels, minder verkokering, meer efficiency. Het is echter al vaker gezegd, er is meer nodig dan puur een wijziging van de structuur. Belangrijker is hoe mensen binnen die structuur (samen)werken. Een nieuw ontwerp van een organisatie of een netwerk van organisaties, het gaat zeker helpen. Het gaat echter niet het beoogde resultaat, in dit geval 9 miljard, opleveren. Wat dan wel?

Durf te veranderen
Lef. Dat is wat er nodig is om al die ideeën nu eens om te zetten in realiteit. Bestuurders en managers die zelf kiezen voor verbetering. Die ruimte durven geven aan medewerkers met ideeën. Die worden gesteund door hun eigen achterban of hun bazen. Die volhouden als het even moeilijk wordt. Juist bij de overheid. Het vraagt wel om kennis van de inhoud van het werk. Natuurlijk, besturen of leidinggeven is een discipline, een competentie die je moet blijven ontwikkelen. Echt effectief word je pas als je het weet te combineren met een heldere visie op de inhoud van het werk.

Begin vandaag
Waar te beginnen? Het beste moment om een boom te planten was 20 jaar geleden, het één na beste moment is toch echt nu. Begin dus, zo snel mogelijk. Stel jezelf een doel voor verbetering. Begin zelf. Kijk wat er beter kan in je eigen afdeling en durf te verbeteren. Gewoon, omdat het kan. Er zijn ideeën genoeg. En omdat het moet. Vandaag nog.