donderdag 30 juli 2015

De ontnuchterende cijfers achter de heilige Olympische graal - Het debacle van Sochi


Sochi 2014 brak vele records. Niet eerder telde de Winterspelen zoveel deelnemers, uit een recordaantal deelnemende landen. Het IOC verdiende 1,26 miljard dollar aan de uitzendrechten. Maar ook, de kosten per onderdeel waren veruit het hoogste van alle Spelen tot nu toe georganiseerd. De duurste Spelen ooit, vrijwel compleet (96,5%) betaald door de Russische overheid. 

In mei publiceerde Eurasian Geography and Economics, een gezaghebbend wetenschappelijk tijdschrift, een uitgebreid onderzoek naar de kosten en de effecten van de Olympische Winterspelen in Sochi. Na het lezen van de bevindingen van de academici, verbonden aan de universiteiten van Zurich en Birmingham, beklijft het besef. Groteske ambities van organisatiecomités en regeringsleiders vooraf steken schril af bij de ontnuchterende realiteit nadien. Het IOC kan niet langer de andere kant op kijken bij deze ontwikkelingen. 

Vierenhalf keer de begroting
Terug naar 2009. De schrijvers van het bidbook voor Sochi hadden ruim gerekend. Er zou $12 miljard nodig zijn voor de metamorfose van de badplaats aan de Zwarte Zee tot een Olympische arena. Volgens de onderzoekers stokt de teller uiteindelijk op $55 miljard, Vierenhalf keer zoveel als begroot werd. Het rapport bestempelt de sterke verwevenheid tussen politiek en bedrijfsleven (corruptie?) en het feit dat de Spelen een 'fixed date' hebben als factoren voor de immense overschrijdingen.
De Spelen van Sochi moesten de katalysator worden voor de ontwikkeling van het gebied, hét visitekaartje voor het moderne Rusland. Badplaats en berg werden samengevoegd tot een locatie die zich kon meten met de mondaine hotspots in de wereld. Zo zou Sochi nog vele jaren profiteren van de komst van de Spelen en zou het imago van Rusland ten overstaan van de wereld een boost krijgen.

Molensteen van 1,2 miljard dollar per jaar
Het rapport is klip en klaar. Beide doelen zijn bij lange na niet gehaald. De conclusies zijn ontnuchterend, op zijn minst. Sochi heeft zichzelf infrastructureel een XXL maatpak aan laten meten terwijl een maatje S in dit post-Olympische tijdperk had volstaan. Een overschot aan hotelbedden zorgt voor moordende concurrentie, Olympische stadions liggen er desolaat bij door gebrek aan evenementen en de verbindingen in de regio zijn belabberd als gevolg van haperende samenwerking tussen vervoersaanbieders. Er staan in het Olympisch stadion weliswaar wedstrijden gepland voor het WK van 2018 maar een vaste bespeler ontbreekt. En Rusland krijgt jaarlijks de rekening van 1,2 miljard dollar gepresenteerd om dat XXL pak enigszins toonbaar te houden.

Verantwoordelijkheid IOC
Het rapport is basismateriaal voor de Olympische beweging. Het roept namelijk de vraag op wie bij het toewijzen van dergelijke mondiale evenementen welke verantwoordelijkheid moet nemen. Je kunt na het lezen van het rapport redeneren dat dit alles vooral het probleem van Rusland is. Het IOC ziet haar eisen voor het inrichten van de Olympische arena ingewilligd, steekt aanzienlijke winsten in de zak en verhuist met haar gevolg naar de volgende stad.
Dat kan dus echt niet meer. Dit rapport maakt duidelijker dan ooit dat het IOC bij de beoordeling van locaties voor de Spelen verder moet gaan kijken dan de neus lang is. Het zal kritischer moeten zijn op de ronkende ambities van regeringsleiders en organisatiecomités die in de toewijzing van de Spelen de heilige graal zien. 

Het zullen sterke schouders zijn die een dergelijke verantwoordelijkheid kunnen dragen. De laatste jaren lijkt het organiseren van mondiale sportevenementen voorbehouden aan landen met centralistisch ingestelde regeringen, gedreven door grootheidswaanzin. Laten we hopen dat het IOC met die trend gaat breken. 

zaterdag 9 mei 2015

Een vitale stad is een groene stad

Bewoners die te hoop lopen tegen plannen om het park in hun wijk te revitaliseren. Aan hen moest ik denken toen ik afgelopen week voor het eerst door het Jardin del Turia fietste. Hoeveel ophef zou de aanleg van deze kilometers lange groene ader door het prachtige Valencia hebben gegeven? En welke visionaire stadsbestuurders hadden de euvele moed om dit destijds door te zetten? 

Het lijkt wel of elke Valenciaan de hardloopschoenen heeft ondergebonden. Dwars door hun stad lopen de tuinen van Turia, aangelegd op de droog gelegde rivierbedding. Zo verbindt deze groene ader de oude binnenstad met de moderne kroonjuwelen van deze fenomenale Spaanse stad. De Ciudad de las Artes y las Sciencias, zeven architectonische hoogstandjes omringd door groen en water. 

In dit kilometers lange stadspark is iedereen in beweging. Een lang lint van hardlopers, wandelende families, fietsers en mountainbikers. Geïnspireerd slinger ik een tweet de wereld in, voorzien van een foto met een groep hardlopers. 
"Groen houdt de stad vitaal", antwoordde Pelle Rietveld direct. En hij heeft groot gelijk. Als je dit park bezoekt besef je meteen wat groen in de stad doet met haar bewoners.
Maar waarom moest ik denken aan mijn stadgenoten in Leiden, de wijkbewoners die onlangs een actiecomité inrichtten om hun wijk te behoeden voor snode plannen voor de herinrichting van een park? Laat ik het uitleggen.



Eén van hen had de euvele moed gehad om een idee te lanceren voor een nieuwe ontwerp. Het park vormt nu een onsamenhangend geheel van wandelgebied, kinderspeeltuin en sportverenigingen, dat kon beter in zijn ogen. Geheel in de geest van hoe men dat in Valencia heeft aangepakt overigens. Een open en toegankelijk groen gebied waarin ook sportvoorzieningen zijn ondergebracht. Tijdens mijn ritje door de tuinen van Valencia ontwaarde ik sportvoorzieningen voor voetbal, rugby, atletiek en honkbal. Maar ook fitness toestellen voor de ongeorganiseerde sporter, speeltuintjes en zelfs een school.

Een ontwerp waarin groen en sport één geheel vormen in plaats van strijden om de beschikbare ruimte. Het idee is helaas al weer van tafel. Terwijl ik mijn blik laat glijden over de wirwar aan bewegende personen in het Jardin del Turia schud ik mijn hoofd. Mijn dochter kijkt me vragend aan. Met een glimlach stel ik haar gerust: "Kom, we gaan nog een stukje fietsen."